Binnen een week, op 9 en 10 oktober, is de absolute top in GT3 te gast in de Limburgse bossen voor de finales van het Europees Kampioenschap in deze discipline. De jonge Duitsers Daniel Keilwitz en Christian Hohenadel behaalden, dankzij hun zege vorig weekend in Portimao, de titel bij de piloten aan het stuur van hun Corvette Z06R van Callaway Competition. Toch belooft de strijd voor het prestige (en de strijd bij de teams tegenover het Belgische Prospeed) tegen de Audi's R8 LMS, de Porsches 911 GT3-R, de Aston Martins DBRS9, de BMW's Z4, Ford GT's, Alpina's en Ferrari's 430 Scuderia even spannend te worden als tijdens de editie van 2009.
Dankzij een evenwichtige "balance of performance", eindigden zes verschillende merken in de top 6 tijdens de laatste meeting in de Algarve. Veelbelovend voor de twee manches van een uur op de omloop van Terlaemen, waar hopelijk het publiek weer massaal op post zal zijn om ook de slotmanches van de BTCS en de 5de race in de Belcar bij te wonen. Een prachtig programma!
Bij de Belgische piloten (met Maxime Martin en Eric De Doncker in de Ford GT's en ongetwijfeld ook Eddy Renard met de Aston Martin DRS) en teams (Prospeed, Marc VDS) die zich komen meten met de Europese top, vermelden we ook de terugkeer van Stéphane Lémeret aan het stuur van de Phoenix-Sainteloc Audi die hij in het begin van het seizoen drie keer deelde met Greg Franchi. De piloot-journalist is goed geplaatst om ons te vertellen over het verschil tussen dit Europees kampioenschap en de nationale kampioenschappen zoals de Belcar en de Franse FFSA GT3, waar hij dit jaar ook aan deel heeft genomen.
«Eerlijk, er is geen vergelijking mogelijk, » vertelt Stéphane. « Natuurlijk hebben teams die vooraan strijden in de Belcar of in het Frans kampioenschap, zoals WRT, Oreca of Prospeed, het niveau om vooraan mee te strijden op internationaal niveau tegen Callaway, Rosberg, Phoenix en Schubert. En Platinum-piloten zoals Bouchut, Ortelli of Panis zijn verboden in de FIA GT3. De kampioenen zijn dus vooral in hun eigen land bekend, maar ik kan je verzekeren dat ze erg snel zijn, want ze hebben de Gold-geklasseerde fabriekspiloten van Porsche, Holzer en Ragginger, geklopt. Het grote verschil in het Europees kampioenschap is het feit dat de top niet beperkt blijft tot drie of vier wagens en teams. In de trainingen zitten ze vaak met twaalf tot vijftien wagens binnen een seconde en men mag rijden met iets zachtere banden (S8) dan in de Belcar. Als je teamgenoot een halve seconde trager is, dan is dat een catastrofe. In het peloton heb je altijd een tegenstander. Het zijn sprintraces, geen uithoudingswedstrijden.»
In die context hebben Maxime Martin (gekoppeld aan de Fransman Gaël Lesoudier in een Ford GT van MVDS), 4de tijdens de vorige race in Portugal, en Stéphane Lémeret heel wat verdiensten dat ze in de kopgroep konden meestrijden.
« Samen met Greg, behaalden we een podiumplaats in Jarama, terwijl de Audi toen nog 100 paarden minder had, » vervolgt Lémeret. « Indien de "balance of performance" niet veranderd wordt voor de laatste race, dan hoop ik te winnen. Het probleem is dat Franchi zich volledig concentreert op de Belcar en hij me niet zal vervoegen. Maar, team Sainteloc, aanvankelijk eerder gespecialiseerd in rally met een 307 WRC, heeft me verteld dat ik een team zou vormen met de zoon van Klaus Ludwig, momenteel leider in het Duitse GT3 kampioenschap. Hij zal het zeker kunnen. Ik raad de toeschouwers zeker aan om de races bij te wonen, want het loont de moeite."
GT3 press
Voorbeschouwing op FIA GT3 te Zolder
Dit artikel werd gepubliceerd op zaterdag 02 oktober 2010 om 10:42