De kogel is door de kerk. Na lang beraadslagen en discussies heeft Belgium Racing uiteindelijk de knoop doorgehakt. Vader en zoon Derdaele zullen hun titel in de Belcar GT Open komen verdedigen met een Porsche 997 GT3 Supercup 2010.
“De uiteindelijke beslissing heeft lang op zich laten wachten. We hebben lang getwijfeld tussen de Belcar en de Dutch Supercar Challenge”, verduidelijkt Patric Derdaele. “Vooral ikzelf zat met een dubbel gevoel, maar mijn entourage heeft me ervan kunnen overtuigen om terug te tekenen voor het Belcar Endurance Championship. Vooral de grote belofte die men destijds deed om in België op degelijk niveau terug betaalbaar te racen heeft me doen twijfelen. Een groot aantal piloten van een goed niveau en jonge talenten hebben het toneel reeds verlaten. Piloten die met mooi en competitief materiaal mee het startveld vulden en ook nog eens vooraan konden meerijden. Ze zijn uitgezwermd of gewoon gestopt. En dat zint me niet. De GT3 is gewoon te duur geworden. In GT3 kan je ook geen strategie opbouwen op middellange termijn. Ik weet uiteraard dat je in autosport met de grootste budgetten steeds over de snelste wagens kan beschikken. Maar ik denk dat de emmer binnenkort toch gaat overlopen. Het is niet dat ik me geen GT3 van de laatste generatie kan permitteren, maar waar stopt het en wat met de evoluties. En bepaalde wagens kan of mag je als privéteam niet kopen. Daar stopt het dus voor ons. De mensen in Brussel (RACB) kijken alleen maar naar de toppers en hopen dan dat de rest gek genoeg is om achter de feiten aan te lopen. En als de reglementen ook veel te lang op zich laten wachten moet je niet verwonderd zijn dat de inschrijvingen ook uitblijven.
“We hebben een ganse winter keihard gewerkt. We kochten een Porsche Supercup 2010 en hebben die tot de laatste vijs uiteen gehaald en alles vernieuwd. Deze wagen komt nagelnieuw aan de aftrap. Ook dergelijke investering kan tellen, maar een plaats binnen de top 10 zal al een hele prestatie zijn. Met dergelijk materiaal reden we twee seizoenen geleden voor winst in de Dunlop Endurance Cup met telkens méér dan 50 wagens op de afspraak. Hoe een dubbeltje rollen kan. Zoals reeds gezegd door de promotor wordt de basis van de Belcar verloochend en daar moet werk worden van gemaakt. Veel mensen zijn na het opdoeken van de Dunlop Endurance Cup in een zwart gat gevallen waarbij de Belcar voor hen geen alternatief is. Ik wil me nog een seizoen engageren in de Belcar en mijn titel verdedigen in de GT Open. Als er geen veranderingen komen volgend seizoen zal ook Belgium Racing wegblijven uit de Belcar”.
“Vandaar mijn twijfels en mijn zin om eens iets anders te rijden zoals de Dutch Supercar Challenge. Zij rijden ook viermaal in België en hebben 10 weekends, gespreid over zes omlopen en vier landen voor quasi identiek budget”.
“Maar anderzijds wil ik Dylan ook eens de kans geven om in een potente GT3 te rijden. Dit hoeft niet noodzakelijk in België te zijn. De FIA GT3 of de Blancpain zijn opties voor de toekomst. En dan stop ikzelf met racen, kom ik me wat amuseren op donderdagen of ik ga een ander kampioenschap opzoeken voor de fun. Dit seizoen beschikken we over twee potente Porsches. De Supercup 2010 zal dienen om de races af te werken en de andere Porsche moet dienen om Dylan zoveel mogelijk kilometers te laten afmalen. We gaan uiteraard onze titel met hand en tand verdedigen en trachten om zo dicht mogelijk bij de top 10 aan te leunen. Dylan schudde reeds een vlotte 1’35” uit zijn mouw. Bij lange races kunnen we nog eens voor een verrassing zorgen als we de zaken tactisch goed bekijken. Verder zien we wel waar we Dylan volgend seizoen of mogelijk reeds dit jaar ergens kunnen droppen. Dan weet hij tenminste waar hij staat inzake zijn talent”, besluit Patric Derdaele.
Derdaele press
