Polesitter Marco Wittmann heeft de eerste DTM-wedstrijd van het nieuwe "tijdperk" op zijn naam geschreven. De BMW M4 Turbo DTM van de RMG-rijder behield de leiding bij de start, maar werd op een kletsnat Hockenheim al snel op de hielen gezeten door een aantal Audi's.
Robin Frijns kende een knalstart en rukte op naar de tweede plek met zijn Audi RS5 Turbo DTM, maar de Limburger moest na enkele ronden zijn meerdere erkennen in Mike Rockenfeller die zijn tweede startplek heroverde. Na een derde van de race was het de beurt aan René Rast om druk te zetten op Wittmann. De DTM-kampioen uit 2017 had bij de start nog Timo Glock rond getikt - die dat bij wonder overleefde na een enkele pirouette - maar al snel kwam het regentalent van Rast bovendrijven. Wittmann zag zijn voorsprong nooit groter worden dan een seconde, maar tot een echte aanval van Rast kwam het nooit.Op enkele ronden van het einde moest Rast echter zijn Audi parkeren met technische problemen, waardoor tweevoudig kampioen Wittmann zorgenloos kon uitbollen naar de meet. Rockenfeller werd tweede op 13 seconden achterstand, gevolgd door Frijns op meer dan een halve minuut. Ondanks zijn spin bij de start recupereerde Glock nog een knappe vierde plaats in moeilijk omstandigheden.
Debutant Sheldon Van Der Linde hield de eer hoog voor BMW Team RBM met de zesde plek. Pietro Fittipaldi scoorde het eerste DTM-punt voor WRT met de tiende plaats. Aston Martin en R-Motorsport profiteerden niet optimaal van de kansen die het regenweer bood. Paul Di Resta startte met zijn Aston Martin Vantage DTM als derde, maar kon het tempo van de leiders nooit evenaren. Samen met teamgenoot Ferdinand Habsburg was de Schot een van de twee opgevers vandaag. Daniel Juncadella scoorde nog twee punten voor de Britse constructeur met de negende plek, terwijl Jake Dennis een zesde tijd in kwalificaties omzette in P11 aan de meet.